Oké, dus je dacht dat stickfiguren saai waren? Nou, welkom bij Stickman Fights, waar die simpele pennenstreken opeens veranderen in bloedstollende arena-actie. Dit is niet zomaar een potje tikken op een stokmannetje hier sta je oog in oog met andere stickmen in een battle royale die zelfs je oma op het puntje van haar stoel krijgt. Serieus, wie had gedacht dat een stickman zo hard kon slaan?
Het hart van de game? Uiteraard het gevechtssysteem. Je springt van duel naar duel, met een mix van één-tegen-één fights en survival-modi waar je letterlijk om je leven moet knokken tegen een horde vijanden. Het voelt bijna als een oldschool vechtspel, maar dan met die heerlijke minimalistische vibe. En geloof me, als je eerste boss fight begint en je toetsenbord bijna door het raam vliegt omdat je net niet op tijd ontwijkt, weet je dat het OP is of dat het gewoon aan jou ligt. Wacht, misschien toch die nerf...
Maar Stickman Fights is niet alleen maar hakken en slaan. Je hebt ook een skill tree waar je jouw held kunt upgraden. Win je potjes, verzamel punten en geef je stickman een buff die zelfs de sterkste tegenstanders doet zweten. Het is een beetje alsof je Pokémon traint, maar dan zonder schattigheid en met meer vuisten. Ik probeerde het craften van skills onder de knie te krijgen en eindigde met een mix die voelde als een MasterChef-experiment gone wrong. Toch werkt het verrassend goed.
En dan die diverse arenas ja, het klinkt misschien simpel, maar de variatie in omgevingen zorgt er echt voor dat je alert moet blijven. Van kleurrijke achtergronden tot heerlijk catchy muziek die je bijna uitdaagt om een combo in te gooien. Het is alsof je in een tekenfilm rondrent, maar met bloedserieuze stakes. Plus, het voelt lekker als je na een paar potjes denkt: “Oké, dit is verslavender dan Netflix bingewatchen.”
Dus, klaar om een stickman-legende te worden? Stickman Fights is je go-to game als je van simpele graphics met een dikke lading adrenaline houdt. GG, en vergeet niet te oefenen want die stickmannen zijn misschien simpel getekend, maar spelen? Dat is next level stuff.