Oké, stel je voor: je zit op een middeleeuws slagveld, maar in plaats van zwaarden en speren, gooi je alles eruit met een katapult. Dat is Catapult Of Janissary in een notendop. Het idee? Je moet je vijand omver blazen door precies de juiste hoek en snelheid van je katapult in te stellen. Klinkt simpel, toch? Denk nog maar eens na, want die balans tussen power en precisie is net zo delicaat als het beheersen van die laatste slice pizza zonder dat ‘ie uit elkaar valt.
En dan komt het echte werk: tijdens het schieten kun je verschillende bonussen activeren die je katapult een flinke upgrade geven. Denk aan de “Smart” bonus, die je projectiel een soort van brains geeft (serieus, het voelt bijna alsof hij zelf nadenkt), “Duch” waarmee je misschien een spookachtige twist aan je aanval toevoegt, “Duża” dat je bommetje net een maatje groter maakt, en natuurlijk de “Bomba” want wie houdt er niet van meer explosie? Het is alsof je ineens met cheatcodes speelt, maar dan zonder het schuldgevoel.
Wat Catapult Of Janissary zo verslavend maakt? Het gevechtssysteem draait om die perfecte mix tussen strategie en een beetje geluk. Je krijgt dubbele punten als je je tegenstander in één keer raakt of met een flinke powershot neerhaalt. Ja, dat voelt als die legendarische headshot in een FPS, maar dan met middeleeuwse flair. En geloof me, als je de eerste bent die 5 punten scoort, win je GG! (Gotta love die ouderwetse scorejacht.)
Eerste keer proberen? Bereid je voor op momenten waarbij je katapult meer kantelt dan een dronken zeeman en je denkt: “Hoe moet ik dit nu weer fixen?” Zie het als een puzzel waarbij je niet alleen met wiskunde worstelt, maar ook met je eigen frustratie. En dat maakt het juist leuk! Dus, trek je virtuele helm aan, stel die katapult scherp en sla die tegenstander knock-out. Want zoals elke goede gamer weet: oefening baart kunst, maar af en toe ook gewoon chaos.