Oké, stel je voor: je bent een klein ventje met een grote missie, en die missie? Bubbels doorprikken om hoger te springen dan je oma op een trampoline. Dat is Mini Bubbles in een notendop. Deze game mixt die nostalgische NES-vibes met een frisse retro-look, alsof je je oude Game Boy uit de kast trekt maar dan zonder de batterijen die altijd leeg zijn.
Het belangrijkste mechaniek hier is simpel maar geniaal: bubbels doorprikken om omhoog te komen. Ja, dat klinkt bijna te chill voor woorden, maar geloof me, zodra je een paar keer mist en met een smak op de grond ligt (serieus, wie bedacht dat dat grappig was?) besef je hoe strak de timing moet zijn. Het is een soort verticale puzzel-platformer waarbij elke bubbel je springplank is, en je wil niet dat je plank ineens verandert in een plonsbad.
Wat Mini Bubbles echt leuk maakt, is die flexibele moeilijkheidsgraad. Je kunt het zo zen houden als je wilt perfect voor als je na een dag vol failmomenten gewoon even wilt ontspannen of je kunt de uitdaging oppakken als een doorgewinterde bubbelspringer. Pro-tip: zelfs de ‘relaxte’ modus vereist nog een beetje skill. Ik probeerde het craften onder de knie te krijgen (oké, het is eigenlijk springen, maar toch), en het eindigde in een puinhoop die MasterChef waardig is.
De controls zijn strak en responsief, precies wat je nodig hebt als je die ene perfecte sprong probeert te timen. Het voelt bijna alsof je balletdanser bent die op een heel fragiele bubbel moet balanceren spannend en toch chill. En vergeet niet die old-school pixelgrafiek, die je doet denken aan de 8-bit helden die je ooit respecteerde (en nu respecteert omdat deze game dezelfde vibe heeft, maar dan zonder ragequits na 3 minuten).
Dus, als je houdt van een platformer die niet alleen je reflexen test maar ook je zen-modus activeert, dan is Mini Bubbles jouw nieuwe beste vriend. Eerste keer die bubbel niet treffen en recht de afgrond in? Been there, cried that. Maar hé, GG en volgende keer beter, toch?